maandag 30 juli 2001

 

THE DEBACLE OF YELTSIN

Political Key Figures, Nederland 3, 21:00 - 22:00
 

From: VPRO TV Guide, July 30, 2001 

Otto van de Haar

It is all so tragic! Ten years ago, President Yeltsin (1991-1999) personally worked on the hasty burial of the much-maligned planned/command economy. A stormy and ovational applause echoed worldwide. Hand in hand with the G-7, the IMF, a few ‘advisors’ from Harvard University, and international entrepreneurs, young ‘radical reformers’ were supposed to transform Yeltsin’s Federation into a market economy in no time. The result?

There was a much more varied supply of services and consumer goods, anti-Semitism remained within certain limits, a flourishing bazaar economy emerged, and the long queues in front of stores disappeared. But beyond that, finding historical parallels for Yeltsin’s debacle in modern (economic) history during peacetime is no easy task. Opposite the tens of thousands of ‘new rich’ stands the majority of the population, currently living at or below the poverty line.

More than 15% of married couples are infertile. Children are malnourished. A third of the working population is unemployed. Salaries are either unpaid or delayed. Art and science are now in a state of decline. And the number of registered murders (and attempted murders) rose from over 15,000 in 1990 to nearly 30,000 in 1998. Under Yeltsin, the number of gynecological diseases among young girls tripled. And the stench of the Gulag has not lifted. More than a million people are in camps and prisons under conditions comparable to those of Stalin’s era.

None of this is reflected in Yeltsin - Another Life. The film was made by Russian director Vitaly Mansky. Yeltsin invited him to his luxurious residence in Gorki-9, just outside Moscow. The 'other life’ refers to the first year after Yeltsin’s unexpected resignation on December 31, 1999. Whether consciously or unconsciously, Vitaly Mansky has at least succeeded in portraying Boris Nikolayevich’s post-presidential life—and that of his family—as a depressing series of trivialities. A game of billiards in his hometown of Yekaterinburg (‘Give me a good cue, not such a lousy stick’), a short speech at the Frankfurt Book Fair about his memoir Russia, My Story (though ‘I Am the Boss!’ would be a more fitting title), and some small talk with his beloved successor, Putin. Particularly awkward is the oversized motorcycle (with windshield) on which Yeltsin’s grandson speeds through the rooms.

An unexpectedly striking moment is the inserted old footage in which a still physically intact Yeltsin explains the crude way in which he was treated under communism - by none other than his predecessor, Gorbachev. That is why Boris Yeltsin, upon seeing Gorbachev speaking on television, quickly issues the decree ‘Zap!!’ to his gathered family members. But since any evaluation of - or confrontation with -Yeltsin’s own time in power is entirely absent, Mansky’s court documentary achieves no greater depth than a flat-bottomed boat.


 

 

 

HET  DEBACLE  VAN  JELTSIN

Politieke kopstukken, Nederland 3, 21.00 -22.00 uur.

In: VPRO-gids, 30 juli 2001.

Otto van de Haar


Het is allemaal zo triest! Tien jaar geleden droeg president Jeltsin (1991-1999) persoonlijk zorg voor de haastige teraardebestelling van de vermaledijde plan/commando-economie. Wereldwijd klonk een stormachtig en ovationeel applaus. Hand in hand met de G-7, het IMF, enkele 'adviseurs' van Harvard University en internationale entrepreneurs zouden jonge 'radicale hervormers' Jeltsins Federatie in korte tijd omtoveren tot een markteconomie. Het resultaat?

Er kwam een veel gevarieerder aanbod van diensten en consumptiegoederen, het antsemitisme bleef binnen zekere grenzen, er ontstond een florerend bazarwezen en de lange wachtrijen voor de winkels verdwenen. Maar verder is het geen sinecure om voor Jeltsins debacle parallellen te vinden in de moderne (economische) geschiedenis in vredestijd. Tegenover enkele tienduizenden 'nieuwe rijken' staat de meerderheid van de bevolking die momenteel op of onder de armoedegrens leeft. 

Meer dan 15% vabn de gehuwden is onvruchtbaar. Kinderen zijn ondervoed. Een derde van de beroeps- bevolking is werkloos. Salarissen worden niet of met vertraging uitbetaald. Kunst en wetenschap leiden tegenwoordig een kwijnend bestaan. En het aantal geregistreerde moorden (en pogingen daartoe) steeg van ruim 15.000 in 1990 naar bijna 30.000 in 1998. Onder Jeltsin is het aantal gynacologische ziekten onder jonge meisjes verdrievoudigd. En de stank van de Goelag is niet oipgetrokken. Meer dan een miljoen mensen zit in kampen en gevangenissen onder omstandigheden die te vergelijken zijn met die ten tijde van Stalin.

Niets van dit alles treffen we aan in Yeltsin - another life. De film is gemaakt door de Russische regisseur Vitali Manski. Jeltsin heeft hem uitgenodigd op zijn luxueuze verblijf in Gorki-9, even buiten Moskou. Het 'andere leven' heeft betrekking op het eerste jaar na Jeltsins onverwachte aftreden op 312 december 1999. Bewust of onbewust, Vital Manski is er in elk geval geslaagd om het post-presidentiële leven van Boris Nikolajewitsj en zijn familie te schetsen als een treurig stemmende aaneenschakeling van onbenulligheden. Een parijtje biljart in zijn geboortestad Jekaterinenburg (' geef mij een goeie keu, niet zo'n rotstok'), een toespraakje op de Frankfurter Buchmesse naar aanleiding van zijn memoires Rusland, mijn verhaal ('Ik ben de Baas!' is een adequatere titel) en wat gekout met zijn geliefde opvolger Poetin. Pijnlijk is ook de veel te grote motorfiets (met windscherm) waarop het kleinzoontje van Jeltsin door de vertrekken giert.

Een onverwacht hoogtepunt zijn wel de oude ingelaste belden waarin een nog niet door ouderdomskwalen aangetaste Jeltsin uiteenzet op welke hufterige manier waarop hij, onder meer door zijn voorganger Gorbatsjov, behandeld werd onder het communisme. Vandaar dat Boris Jeltsin, kijkend naar een praatje van Gorbatsjov op tv snel de oekaze 'zappen!!' uitvaardigt aan de rond hem geschaarde familieleden. Maar aangezien iedere evaluatie van - laat staan confrontatie met - Jeltsins eigen machtsperiode ontbreekt, bereikt Manski's hofdocumentaire een niet veel grotere diepgang dan een platbodem. 




zondag 1 juli 2001

BANDIETENKAPITALISME

Stephen F. Cohen, Failed Crusade; America and the Tragedy of Post-Communist Russia (2000).

In: Historisch Nieuwsblad, juli 2001.

 Otto van de Haar

BANDIETENKAPITALISME

Na zijn beroemd geworden politieke biografie van de communistische econoom en partijleider Nikolaj Boecharin uit 1973, publiceerde de Ameikaanse hoogleraar Stephen Cohen onlangs Failed Crusade. America and the Tragedy of Post-Communist-Russia.
Aan de hand van cijfermateriaal en voorbeelden uit de praktijk weet Cohen de stelling te onderbouwen dat de economische shocktherapie die sinds 1991 onder Jeltsin werd toegediend aan de Russische patiënt geen therapeutische maar een traumatische uitwerking heeft gehad. Als voorbeeld noemt hij de Russische kinderen: 'Zelfs als we miljoenen wezen, daklozen en ondervoede kinderen buiten beschouwing laten, is 50 tot 80 procent van alle schoolgaande kinderen lichamelijk of geestelijk niet in orde'. Een tweede probleem ten gevolge van de economische crisis is de dreiging van grote ongelukken bij tientallen Russische kernreactors. En ten slotte laten de zogenaamde 'democratische ontwikkelingen' van de afgelopen tien jaar volgens Cohen eerder regressie dan vooruitgang zien. Jeltsin heerste door middel van decreten - soms meer dan 2000 per jaar - ten koste van het parlement. Het is niet verwonderlijk dfat hij het bij zijn aftreden zo regelde dat hij immuun werd voor rechtsvervolging door zijn opvolger Poetin.
De Amerikaanse hoogleraar stelt dat de 'Washington Consensus' - een verbond van beleidsmakers, specialisten en media - in hoge mate medeplichtig is aan dit, in de woorden van de Poolse oud-dissident Adam Michnik, 'bandietenkapitalisme'. Systematisch is er door Clinton/Gore en hun 'cheerleaders' uit de journalistiek (als 'Business Week' of de 'New York Times') en uit de wetenschap (het 'Institute for International Development' van Harvard) een veel te rooskleurig beeld geschetst van de situatie in Rusland. De verarming van grote delen van de bevolking werd onverschillig weggewuifd met nietszeggende uitspraken als 'transitionele periode' en 'je kunt omelet maken zonder eieren te breken'. Cohen werpt de vraag op waarom er geen 'derde weg' werd (en wordt) bewandeld, met een gemengde economie en een geleidelijke ontwikkeling.
Twee jaar voor de financiële ineenstorting van 1998 (en Jeltsins herverkiezing) werd Cohen 's avonds in Moskou opgebeld door iemand uit het middenkader van het IMF die hem 'in vertrouwen' meedeelde dat Cohens kritiek 'dringend noodzakelijk' was maar dat 'ik en mijn collega's dit niet kunnen zeggen', Cohen vond het best aardig om uit onverwachte hoek een steuntje in de rug te krijgen, maar betreurde wel de manier waarop. Het deed de auteur denken aan al die mensen uit de oude sovjetbureaucratie, die destijds hun dissidente opvattingen alleen in privé-gesprekken met hem naar voren durfden brengen.